Bril – bespiegelingen van mijn innerlijk tienermeisje

Bril – bespiegelingen van mijn innerlijk tienermeisje

Misschien is het je de laatste tijd opgevallen dat ik een bril draag. Misschien is het je ook wel helemaal niet opgevallen, en waarschijnlijk is die kans zelfs groter. Immers, wie is er nu helemaal bezig met wie er al dan niet een bril draagt? Maar voor mij is het best wel een big deal, eerlijk gezegd.

Ik kreeg een bril toen ik een jaar of zes was. Ik weet niet meer zo goed wat de aanleiding was, waarschijnlijk kon ik het schoolbord niet goed lezen of had ik hoofdpijn of zo. Ik weet wel nog dat ik het niet wilde. Want kinderen met brillen werden brilsmurf of brillenjood of brillie genoemd. En ik was al bovengemiddeld slim en bijgevolg niet bijzonder populair. Een bril zou daar niet echt bij helpen, dacht ik. Daar bleek ik gelijk in te hebben en ik nam me al snel heilig voor over te schakelen op lenzen zodra dat mocht (van mijn moeder, van de opticien, ik weet het niet meer). Toen ik dertien was mocht het. Waar ik enorm van baalde was dat de klassenfoto genomen werd net voordat ik die lenzen kreeg, zodat ik me nog een heel jaar met dat ding moest identificeren. Maar uiteindelijk was ik af van die gehate bril, en daarmee van één van de dingen die maakten dat ik mezelf lelijk vond. Mijn bonenstaakfiguur en beugel hield ik nog even, maar de laatste verdween toen ik zestien werd en toen ik op mijn drieëntwintigste stopte met roken was ik ook geen panlat meer. Hoera.

Maar een zelfbeeld is iets raars. Het blijkt minder afhankelijk te zijn van hoe je er daadwerkelijk uitziet, en meer van hoe je je voelt over jezelf. Uiteindelijk horen we ons leven lang van alle kanten wat we allemaal wel en niet moeten zijn om bij de mooie meisjes te horen. We zien onze moeders, tantes en buurvrouwen diëten en hun gezicht verbergen achter een laag make-up. We leren ons al heel, heel jong te vergelijken met anderen – onbereikbare anderen, gefotoshopte anderen, chirurgisch gemodificeerde anderen. Dat die anderen zich vanbinnen net zo onzeker voelen als wij allemaal, dat laten de foto’s niet zien en niemand spreekt erover. Meisjesbladen blijven meisjes opleiden tot gladgeschoren, strak gekapte en spectaculair opgemaakte dames (maar dan wel met een natural look!)

Nu was ik van plan om tot in de eeuwigheid met mijn lenzen getrouwd te blijven en gezellig samen oud te worden, maar de voorzienigheid gooide roet in het eten. Want ik kan ze niet meer verdragen – mijn ogen willen niet meer. Mijn linkeroog reageert op mijn contactlens hetzelfde als op een zandkorrel: met veel tranen, uitgelopen mascara en gevloek van mijn kant.

Be careful what you wish for, zeggen ze. Ik nam mij eind december voor om in 2019 mezelf niet meer te verstoppen maar mezelf te laten zien zoals ik ben. Prompt besluiten mijn ogen dat ze mij een schopje over de rand zullen geven. Ik heb dus niet zoveel keuze. En kom op, ik zing, praat en schrijf graag over authenticiteit en hoe echt ben ik nou eigenlijk zelf als ik niet eens over straat durf met een bril?

Maar er is een naargeestig innerlijk stemmetje in mij dat zegt ‘Je kunt niet op een podium gaan staan met een bril! Geen enkele muzikant draagt een bril!’. Omdat je irrationele gedachten altijd op hun houdbaarheid moet testen ging ik eens googlen. Wie is er zoal bebrild in de muziekwereld? Nou, Weird Al Yankovich bijvoorbeeld, Elton John, Buddy Holly (dood), John Lennon (dood), John Denver (dood), Elvis Costello, Bono… Allemaal mannen, ja. De enige vierogige zangeres die ik vond was Lisa Loeb (die, toegegeven, sinds 2011 zelfs haar eigen brillenlijn heeft). Oh, en Anastacia, maar dat vond ik toch meer een zonnebril.

En nee, het maakt niks uit natuurlijk. Natuurlijk niet. Ik zal dus lak moeten hebben aan die gremlin in mijn kop. Misschien werd dat wel eens tijd ook. Misschien moet ik ophouden met mezelf de hele tijd af te vragen of ik wel ‘mooi’ genoeg ben. Wat is dat überhaupt? Wie bepaalt dat? En belangrijker, wat maakt het uit? En moet ik nu mijn best doen om mezelf mooi te vinden zoals ik ben, of er lak aan te hebben of ik al dan niet mooi ben? En als ik de neiging onderdruk om jullie te vragen of ik mooi ben – is dat dan omdat ik bang ben voor het antwoord of omdat het er niet toe doet? Ik ben er nog niet uit. Maar misschien kan ik ‘m nog roze verven

avatar
  Subscribe  
Notify of
Sluit Menu